'Je wilt weten uit welk nest je komt. Ik wilde het al weten toen ik acht jaar was.' Eddy A. (63) riep vorig jaar de hulp in van het Afstammingscentrum om zijn biologische vader te vinden. Minister Crevits geeft het centrum meer middelen.
Geadopteerd door de man van zijn moeder: de ontdekkingsakte Eddy A. als achtjarige in het trouwboekje van zijn ouders. 'Ik heb vastgesteld dat niet en durfde niets te vragen. Toen ik later wel vragen begon te stellen, bevestigden ze dat het maar beter niet kon weten, en verzamelden ze of ik misschien niet gelukkig was.'
'Er gaan de ergste scenario's door je hoofd: is hij misschien een moordenaar? Of ben ik het soort van een verkrachter? In de tijd dat mijn moeder in haar enige een kind kreeg, was dat nog een echte schande. Ook in de ruimere familie bleef het een taboe. Maar toen mijn opvoedvader stierf, gaf mijn zoon mij een duwtje. Hij vroeg: wil je dan echt je pa niet leren kennen?'
Eddy wilde zijn moeder liever niet kwetsen met aanvankelijke vragen, maar de drang om te weten werd te sterk. Ze gaven hem uiteindelijk een naam.
'Ik ging ervan uit dat hij niet meer zou leven, maar ik wilde weten wie hij was geweest, en wat hij in het leven had gedaan. Bovendien wist ik van mijn moeder dat ik aan vaderskant waarschijnlijk één halfbroer of -zus zou hebben, want dat had mijn vaders moeder haar nog verteld. Via de halfbroer van -zus hoopte ik meer te weten te komen. Je wilt gewoon weten uit welk nest je komt.'
'Helemaal mijn pa'
Een zoektocht op het internet bracht Eddy A. bij het Afstammingscentrum, dat geadopteerden, donorkinderen en metissen hielpen zoeken naar hun eerste geboorteouders van donoren. 'Ik mocht op gesprek in Gent. Ze hebben mijn hele verhaal beluisterd en een dossier gemaakt. Via stamboomonderzoek zijn ze bij mijn halfzus uitgekomen. Ze hebben ook een eerste ontmoeting met haar geregeld, bij hen in Gent. Toen ze me zag zitten, twijfelde ze geen seconde meer: “Dat is helemaal mijn pa”, zei ze.'
Wekelijks kloppen van tien tot twintig mensen aan bij het Afstammingscentrum, met de vraag om een zoektocht naar te starten. Er zijn ongeveer 512 dossiers behandeld of nog in behandeling. Sinds vorige zomer staan er nog 100 in de vertraging. 'Die opvolger is frustrerend voor onze medewerkers', zegt coördinator Ankie Vandekerckhove.
'Maar ze is niet veel frustrerender voor de mensen die bij ons aankloppen. Velen wachten al berekende op antwoorden en moeten bij ons nog eens wachten.'
Uitbreiding
Vandekerckhove is daarom blij dat Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) het Afstammingscentrum voor de eerste twee jaar extra subsidies toestopt, van telkens 100.000 euro. begeleidend kan het centrum begeleidende trajectbegeleiders bieden.
Zo gaan de mensen dood in databanken, stambomen en via sociale media gaan speuren. Soms boeken ze snel resultaat, dat vervolgens door DNA-onderzoek wordt bevestigd. In andere gevallen duurt het langer. 'Het zou een grote stap vooruit zijn als we toegang zouden kunnen krijgen tot het rijksregister, want dan vinden we mensen op naam veel sneller terug', zegt Vandekerckhove.
Er is een algemene wijziging nodig, en die regelt dan beter ook de uitbreiding van het DNA-onderzoek naar broers en zussen, zegt Vandekerckhove. 'Wilt u in onze DNA-databank alleen zoeken naar verwanten in de eerste graad, en dus naar ouders, maar die zijn vaak al overleden.'
vanwege de beperkingen heeft nog maar een 30-tal mensen DNA afgestaan bij de databank.
Negen uur praten
Eddy A. had geluk. Het duurde ongeveer een jaar voor zijn halfzus werd gevonden, maar die kon hem vertellen dat ook zijn biologische vader nog leeft en dat die hem wilde ontmoeten. Alle betrokkenen hebben een DNA-staal afgegeven. De resultaten hiervan zijn nog niet bekend, maar daar hebben Eddy en zijn vader niet op wacht.
'Ik heb een eerste keer negen uur lang bij hem thuis gezeten. Zo lang hebben we gebabbeld. Ik heb niets gevraagd over het hoe en waarom, ik heb hem geen verwijten gemaakt. We hebben meer dan ons leven verteld en het was geïnspireerd om zoveel gelijkenissen te zien. Hij is kapitein geweest en ik wilde altijd bij de marine gaan. Dat kan geen toeval zijn!'
Eddy ging ook door dat zijn halfzus al 45 jaar lang vergeefs naar hem zocht. 'Eindelijk zijn we samen. Ze heeft me met open armen ontvangen, en dat zal wederzijds zijn. Met mijn vader bel ik nu elke zaterdag, en ik ben uitgenodigd op zijn verjaardagsfeest. De mensen van het Afstammingscentrum hebben prachtig werk geleverd. Ik hoop echt dat ze meer mogelijkheden krijgen.'
Ook het Steunpunt Adoptie krijgt van minister Crevits medische hulpmiddelen, in de vorm van een lijdend projectsubsdie van 200.000 euro. Het doel is drieledig: de lotgenotengroepen ondersteunen, kennis over de adoptie-beleving laten doorstromen naar het onderwijs, de zorg en de hulpverlening. En tot slot: nagaan hoe de overige aanbevelingen van het expertenpanel interlandelijke adoptie in de praktijk kunnen worden gebracht en wat nodig is.
Veerle Beel