Minister van Welzijn Hilde Crevits versterkt vroegdetectie- en interventie van geestelijke gezondheidsproblemen bij kinderen en jongeren

Publicatiedatum

Auteur

Liese Vleirick-Lecluyse

Deel dit artikel

Een vroege detectie van en interventie bij geestelijke gezondheidsproblemen bij kinderen en jongeren is essentieel om eventuele latere psychische problemen te vermijden.  Dit blijkt opnieuw uit onderzoek van het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits trekt daarom 1,6 miljoen euro extra uit voor het Connect programma. De netwerken geestelijke gezondheid voor kinderen en jongeren kunnen hierdoor hun aanbod op vlak van vroegdetectie en vroeginterventie uitbreiden en de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg krijgen extra ondersteuning om snel en vlot in vervolgzorg te voorzien.

“Wanneer kinderen en jongeren gezond kunnen ontwikkelen, draagt dit bij tot een goede geestelijke gezondheid en kunnen ook in het latere, volwassen leven problemen voorkomen worden. Het is dan ook essentieel dat we blijven inzetten op een vroege detectie en interventie van geestelijke gezondheidsproblemen, denk aan een beginnend psychiatrisch probleem of een plotse verandering het gedrag van een jongere. Met het programma Connect willen we voorkomen dat lichte klachten of ernstige risico’s evolueren naar ernstig psychisch lijden. Beter te vroeg dan te laat, is hier het motto. We investeren daarom opnieuw  in het programma Connect zodat meer kinderen en jongeren vroeg en snel geholpen kunnen worden en betere kansen krijgen op een zorgeloze jeugd.” -Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits.

 

Op basis van cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO kampen wereldwijd 20% van de kinderen en jongeren met geestelijke gezondheidsproblemen, in die mate dat hun scholing en ontwikkeling ernstig gevaar loopt. 5 tot 6% hiervan hebben nood aan gespecialiseerde hulp. Ook in Vlaanderen en Brussel krijgen kinderen en jongeren daarmee te maken. Volgens een nieuw onderzoek van de KU Leuven zoekt 7 op de 10 jongeren geen hulp bij mentale problemen. Ze stellen het uit om zelf hulp te zoeken. Daarom is het belangrijk om bij eerste signalen snel de juiste hulpverlener te kunnen aanspreken. Vroeg detecteren en interveniëren kan een grote impact hebben op de prognose op langere termijn en de ernst van de problematiek.

 

De 6 netwerken voor geestelijke gezondheid voor kinderen en jongeren (GGKJ) en de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg (CGG) werken met het programma Connect in Vlaanderen samen aan het vroeg detecteren en interveniëren bij kwetsbare kinderen en jongeren. Zo’n GGKJ-netwerk heeft een hulpverleningsaanbod voor kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar met psychische en/of psychiatrische problemen. De bedoeling is om zo snel en zo continu mogelijk in te spelen op de noden van deze kinderen, jongeren en hun context of leefomgeving.

 

Ruim 1,6 miljoen euro voor versterking en uitbreiding van Connect en vervolgzorg bij de CGG

Het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin heeft onderzocht welke kinderen/jongeren een verhoogde kwetsbaarheid hebben voor de ontwikkeling van een ernstige psychische aandoening, welke factoren bepalend zijn voor hun kwetsbaarheid en welke methodieken nodig zijn om vroeg detectie en vroeginterventie voor deze doelgroepen te realiseren. Dit onderzoek toont de noodzaak en de prioriteiten voor het Connect programma.

 

Op basis van dit onderzoek heeft Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits beslist om Connect te versterken en uit te breiden. Daarin zitten er ook extra middelen voor de Centra voor Geestelijke gezondheidszorg (CGG) zodat zij hun aanbod kunnen uitbreiden en extra personeel kunnen aanwerven. De Centra zullen in een aanbod kunnen voorzien voor een meer naadloze overgang naar gespecialiseerde diagnostiek en behandeling, als dat na een Connect-toeleiding nodig zou blijken.

 

In totaal zal Connect met de nieuwe middelen erbij nu kunnen rekenen op een budget van ruim 4,1 miljoen euro per jaar.

Nieuws

Weinig lege brooddozen, maar vooral ongezonde brooddozen: een one size fits all oplossing bestaat niet

Onderzoek van de Universiteit Gent en het Vlaams Instituut Gezond Leven vzw naar de inhoud van de brooddozen en naar de toegankelijkheid van schoollunch in Vlaamse basisscholen toont aan dat de meeste brooddozen van leerlingen gevuld zijn, maar een eerder ongezonde en niet-milieuverantwoorde maaltijd bevat. Minister Crevits is tevreden dat er eindelijk een objectief wetenschappelijk onderzoek is gebeurd naar de omvang van de lege brooddozenproblematiek. Het onderzoek toont aan dat er geen eenduidige oplossing bestaat of gewenst is.

Vlaamse Regering keurt proefproject goed voor elektronische monitoring bij jongeren

De Vlaamse Regering zet op voorstel van de Vlaamse ministers van Welzijn en Justitie Hilde Crevits en Zuhal Demir het licht op groen om elektronische monitoring mogelijk te maken voor jongeren die een delict plegen. De komende maanden wordt een proefproject opgestart, waarbij jeugdrechters in Antwerpen elektronische monitoring als reactie na een jeugddelict kunnen opleggen. Jongeren en hun directe omgeving worden daarbij gemonitord via een enkelband en intensief en op maat begeleid. Bij een positieve evaluatie na een periode van één jaar wordt elektronische monitoring stapsgewijs toegepast in andere gerechtelijke arrondissementen in Vlaanderen.

 

357 extra onthaalouders kunnen overschakelen naar werknemersstatuut

357 VTE onthaalouders die dat willen, kunnen omschakelen naar het werknemersstatuut. Dat maakt Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits bekend. Met dat statuut zijn onthaalouders voor hun inkomen niet meer afhankelijk van het aantal kinderen dat ze opvangen, maar krijgen ze de zekerheid van een vast maandelijks loon. Ook het loon van de bestaande onthaalouders werknemers stijgt, daarover werden recent afspraken gemaakt binnen het paritair comité.