Vlaanderen doorbreekt 3%-norm voor O&O-bestedingen

Publicatiedatum

Deel dit artikel

Voor het eerst doorbreekt Vlaanderen de norm van 3% van het bbp aan onderzoek en ontwikkeling. Alle bedrijven, overheden en kennisinstellingen in Vlaanderen hebben in 2019 samen 3,35% van het bbp geïnvesteerd in onderzoek en ontwikkeling. Daarmee zit Vlaanderen ver boven het Europees gemiddelde en staan we na Zweden op plaats 2 in Europa. Zo laten we landen als Oostenrijk en Duitsland achter ons.

Voor het eerst spenderen we in Vlaanderen meer dan 3% van het bbp. Dat is een belangrijke mijlpaal. De komende jaren zal innovatie nog belangrijker worden, zeker in het kader van de relance en de uitdagingen rond duurzaamheid en zorg. Er komt deze legislatuur nog 250 miljoen euro bij voor onderzoek & ontwikkeling en daarbovenop nog eens 195 miljoen euro extra voor onderzoeksinfrastructuur, naast de relancemiddelen. Daarmee willen we ook de komende jaren boven die 3% blijven.” – Hilde Crevits

 

In maart 2003 werd het Innovatiepact afgesloten, een overeenkomst om minstens 3% van het bruto binnenlands product van Vlaanderen te spenderen aan Onderzoek & Ontwikkeling. Op 20 januari 2009 werd dat engagement herbevestigd in het Pact 2020.

 

De cijfers van 2019 tonen nu dat Vlaanderen die 3% norm ruimschoots heeft doorbroken. Volgens ECOOM, de instantie die de bestedingen aan onderzoek & ontwikkeling in Vlaanderen opvolgt, bereikten we in 2019 een besteding van 3,35% van het bbp of ongeveer 9,35 miljard euro. Daarmee doorbreken we niet alleen die 3% norm, maar stoot Vlaanderen ook onmiddellijk door naar de 2de plaats in Europa. Enkel Zweden doet met 3,4% nog beter. Vlaanderen doet hierbij zelfs beter dan de VS.

 

Ruim 59.000 mensen werkzaam in O&O

Naast de investeringen in O&O zien we ook het aantal werkenden in onderzoeksactiviteiten in Vlaanderen stijgen. In 2018 ging het om ruim 54.000 voltijdse werknemers. Een jaar later, in 2019, gaat het al om 59.283 werknemers, een stijging van 9%.

 

[1]

 

De verhouding tussen private investeringen en investeringen door de overheid blijft ongeveer gelijk, het privaat aandeel stijgt. Zo wordt 76% van het onderzoek privaat gefinancierd en 24% via de overheid. Concreet betekent dit dat in 2019 de private sector instaat voor 2,55% van het bbp in O&O en de overheid instaat voor 0.80% van het bbp. De stijging van de O&O-uitgaven bij de ondernemingen is toe te schrijven aan vier factoren. Er is een toename van verschillende fiscale maatregelen waardoor het voor ondernemingen interessanter is om te investeren in O&O. Bedrijven stappen volop op de trein van de toenemende digitalisering en investeringen in digitale innovaties. Tot slot is er een sterke toename van O&O-uitgaven bij de biofarmaceutische ondernemingen en groei van klinisch onderzoek.

 

Wat het aandeel van de overheid betreft, dat gaat enkel om directe subsidies, de fiscale voordelen (zoals hierboven beschreven) worden niet meegerekend. Sinds 2011 is het aandeel van overheid gestegen van 0,58% naar 0,80%. De komende jaren zullen de bestedingen van de overheid verder stijgen onder meer dankzij de grote investeringen in het kader van de relance.

 

Vlaamse O&O steunkanalen en verdere investeringen

Vanuit de Vlaamse overheid gaat de belangrijkste O&O-steun naar (cijfers 2020):

•      de Vlaamse universiteiten, via de werkingsuitkeringen (€250 miljoen), de Bijzondere Onderzoeksfondsen (€221 miljoen) en de Industriële onderzoeksfondsen (€57 miljoen)

•      het Fonds Wetenschappelijk onderzoek (€368 miljoen)

•      de Vlaamse Hogescholen (€30 miljoen)

•      de strategische onderzoekscentra imec, VIB, VITO en Flanders Make (€250 miljoen)

•      de VLAIO O&O-steun naar bedrijven (€130 miljoen)

•      de VLAIO O&O-steun voor de clusters (€95 miljoen)

 

In de volgende jaren zal langs deze kanalen verder geïnvesteerd worden in het Vlaamse O&O-weefsel. Bovenop deze structurele financiering zal er de volgende jaren eenmalig nog een half miljard euro bijkomend geïnvesteerd worden via het Vlaams relanceplan Vlaamse Veerkracht in onder meer onderzoek en ontwikkeling in gezondheidszorg, digitalisering en duurzaamheid. Zo wil Vlaanderen haar leiderschapspositie in O&O-investeringen behouden.

 

Vlaams minister van Innovatie Hilde Crevits: “In 2008 haalden we in Vlaanderen net de 2% drempel voor investeringen in O&O, vandaag zitten we al een stuk boven de 3% norm. Dit toont aan dat we met succes de omslag maken naar een kennisgedreven economie. Met de verhoogde inspanningen de komende jaren willen we dat niveau behouden. We zijn hiermee absolute wereldtop.”

Nieuws

Minister Crevits kent bijna 600.000 euro investeringssteun toe voor nieuwbouw kinderopvang in Berlaar

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits kent bijna 600.000 euro investeringssteun toe voor een nieuwbouw voor kinderopvang langs de Aarschotsebaan in Berlaar. De nieuwbouw komt er omdat de gemeenten op de huidige locatie plannen heeft voor de gemeenteschool en de buitenschoolse opvang.

Bijna 2,6 miljoen investeringssteun voor nieuwbouw jeugdzorgcentrum in Maaseik

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits kent een bedrag van bijna 2,6 miljoen euro toe voor een nieuw jeugdzorgcentrum voor 20 jongeren in de Spoorwegstraat in Maaseik. Het nieuwe gebouw is bedoeld voor jongeren die er residentieel verblijven en voor dagbegeleiding. De nieuwbouw vervangt verouderde infrastructuur in Maaseik en in Kinrooi.

Minister Crevits kent investeringssteun toe voor uitbreiding Mariënstede in Dadizele

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits kent een jaarlijkse investeringssteun toe van bijna 27.000 euro toe op lange termijn voor een nieuwbouw voor 10 bewoners en voor de uitbreiding van de dagbestedingsruimtes voor Mariënstede in de Remi Dewittestraat in Dadizele. Mariënstede is een voorziening die volwassen personen met diverse handicaps ondersteuning biedt op het vlak van wonen en dagbesteding.