Op voorstel van Vlaams minister van Binnenland Hilde Crevits heeft de Vlaamse Regering de contouren goedgekeurd om de deontologie en de integriteit in lokale besturen te versterken. Minister Crevits wil dat elke burger met bezorgdheden over niet deontologisch of integer handelen van een lokaal mandataris een klacht kan indienen bij de deontologische commissie van de gemeente. Voordien konden enkel mandatarissen een klacht neerleggen. Lokale mandatarissen zullen ook aangemoedigd worden om transparant te zijn over hun nevenfuncties en ernstige inbreuken op de deontologische code zullen in de toekomst aanleiding kunnen geven tot tuchtmaatregelen.
"Lokale mandatarissen handelen vanuit een groot engagement en de beste intenties voor hun gemeenten. Maar bij de uitvoering van hun taken kunnen zij soms in deontologisch gevoelige situaties terecht komen. Dit kan bijvoorbeeld gaan over het uitvoeren van betalingen, het geven van subsidies, het toekennen van vergunningen, het raadplegen van gevoelige informatie, ... Het is belangrijk dat zij op elk moment eerlijk, ethisch en onpartijdig handelen en het algemeen belang voor ogen houden. Om deontologische en integer handelen in lokale besturen en aan te moedigen, heb ik enkele voorstellen op de tafel van de Vlaamse Regering gelegd. Het is ook de bedoeling om de maatregelen rond deontologie en integriteit verder door te trekken richting de provincies. Het is belangrijk dat het debat en de reflectie over het lokale deontologie- en integriteitsbeleid op dit belangrijke niveau wordt gestimuleerd.” - Vlaams minister van Binnenland Hilde Crevits
Uit een analyse van Audit Vlaanderen bleek eerder al dat lokale besturen nood hebben aan een beter georganiseerde aanpak rond integriteit en deontologie binnen het lokaal bestuur.
Om integriteit en deontologie op het lokale niveau te garanderen, zijn lokale besturen sinds 2007 verplicht om een deontologische code vast te leggen. Sinds vorig jaar zijn ze ook verplicht om een eigen deontologische commissie op te richten. Mandatarissen die signalen opvangen dat iets niet integer, ethisch of deontologisch verloopt binnen het lokaal bestuur kunnen dit bij de commissie aankaarten.
Minister Crevits wil dit uitbreiden en ook burgers de mogelijkheid geven een klacht neer te leggen bij de deontologische commissie wanneer er een vermoeden is van een inbreuk op vlak van deontologie of integriteit door een lokale mandataris. Op die manier is er een toegankelijk en transparant meldpunt waar burgers met hun bezorgdheden terecht kunnen.
Het is aan de deontologische commissie om de klacht te onderzoeken en na te gaan of er eerlijk, transparant en uit algemeen belang gehandeld is. Die commissie bestaat uit minstens 1 vertegenwoordiger per fractie in de gemeenteraad. Minister Crevits laat ook de mogelijkheid bekijken om niet-raadsleden zoals bijvoorbeeld experten te laten zetelen.
Regelmatige evaluatie van de deontologische code
Lokale besturen zijn daarnaast ook verplicht om een deontologische code vast te leggen voor de gemeenteraad. Het is een algemene leidraad voor lokale mandatarissen om deontologisch correct te handelen als ze hun mandaat uitoefenen. Uit de analyse van Audit Vlaanderen blijkt dat lokale besturen onvoldoende reflecteren over hun integriteitsbeleid. De audit beveelt aan om daarom regelmatig die deontologische code te evalueren. Minister Crevits wil laten vastleggen dat dit minstens tweemaal per bestuursperiode gebeurt.
Preventieve reflectie over mogelijke belangenconflicten rond nevenactiviteiten
Mandatarissen worden bij de start van hun mandaat erop gewezen om mogelijke vermenging van belangen die voortvloeien uit nevenmandaten te vermijden. Het lokaal bestuur bepaalt zelf op welke manier invulling wordt gegeven, ze bepalen ook de scope van de nevenfuncties in functie van de behoeften van het lokaal bestuur. Op deze manier wordt reflectie gestimuleerd en kan de deontologische commissie preventieve maatregelen voorbereiden. De commissie kan zich op die manier buigen over mogelijke integriteitsrisico’s en de gemeenteraad daarover adviseren. Die reflectie is belangrijk.
Vele mandatarissen zijn vanuit hun engagement voor de samenleving nog actief op andere domeinen, professioneel of in het verenigingsleven. Dat is een goede zaak, maar het kan tegelijk aanleiding geven tot onduidelijkheden of discussies over belangenvermenging. Om discussies en vervelende situaties achteraf te vermijden, wil minister Crevits het hebben van nevenfuncties meer bespreekbaar maken. De deontologische commissie biedt daarvoor een veilige context.
Deontologische inbreuk met tucht als gevolg
Tot slot zal ook de toepassing en de naleving van de deontologische code aangescherpt worden. Momenteel kunnen mandatarissen enkel worden gesanctioneerd bij ‘kennelijk wangedrag’ of ‘grove nalatigheid’. Daar wil minister Crevits ook ‘ernstige deontologische inbreuk’ aan toevoegen. Concreet betekent dat als iemand een ernstige inbreuk pleegt dit aanleiding kan geven tot tuchtmaatregelen. Dit zorgt voor meer rechtszekerheid binnen het lokaal bestuur en maakt dat het tuchtrecht kan worden toegepast in situaties die zwaar wegen op de integriteit van een lokaal bestuur.