In de voorbije 6 jaar volgden bijna 115.000 werknemers loopbaanbegeleiding

Publicatiedatum

Auteur

Liese Vleirick-Lecluyse

Deel dit artikel

De voorbije 6 jaar hebben bijna 115.000 werkenden gebruik gemaakt van 156.000 loopbaancheques. Dat blijkt uit het tweejaarlijks rapport van VDAB over het gebruik van loopbaancheques. Het aantal centra waar je terecht kan met een loopbaancheque is in diezelfde periode toegenomen van 50 naar 238, met ruim 3.100 vestigingen. 7 op de 10 gebruikers zijn vrouwen en hooggeschoold. De voornaamste vragen die gesteld worden bij loopbaanbegeleiding gaan over welke job best bij iemand past, wat de mogelijkheden op de arbeidsmarkt zijn en werkbaar werk.

Werkenden die hun loopbaan een andere richting willen geven, een betere kijk willen hebben op hun competenties of met twijfels en vragen zitten over hun job kunnen zich sinds 2013 door erkende loopbaancentra laten begeleiden. Ze kunnen zo hun positie op de arbeidsmarkt versterken. Voor een dergelijke loopbaanbegeleiding kan wie dat wil gebruik maken van loopbaancheques. Via zo’n cheque kan een werknemer zich twee keer laten begeleiden. Begin dit jaar werd het systeem van de loopbaancheques aangepast. Zo kan je nu na 7 jaar werkervaring gebruik maken van de loopbaancheques, vroeger was dat al na 1 jaar. Voor de eerste cheque krijg je 4u begeleiding, voor de tweede cheque krijg je 3u begeleiding. Na 6 jaar heb je dan opnieuw recht op 2 cheques.

Bijna 115.000 gebruikers

In totaal werden de afgelopen 6 jaar al ruim 156.000 loopbaancheques gebruikt door bijna 115.000 werknemers en zelfstandigen. Tussen juli 2018 en juni 2019 alleen al waren er 26.179 werknemers of zelfstandigen in loopbaanbegeleiding. Bijna drie vierde van de 156.000 cheques zijn eerste cheques, ongeveer een kwart zijn tweede cheques. In de meeste gevallen zit minder dan een half jaar tussen het gebruik van de eerste en de twee cheque. In de helft van de gevallen waarbij een twee cheque gebruikt wordt, gebeurt dat zelfs binnen de 2 maanden. Ongeveer een derde van alle gebruikers woont in de provincie Antwerpen. Opvallend is dat bijna 70% van alle gebruikers vrouwen zijn en dat ook 70% van alle gebruikers hooggeschoold is.

De grootste groep gebruikers is tussen 30 en 40 jaar (37,2%), gevolgd door de 40- tot 50-jarigen (27,9%) en de groep tussen 20 en 30 jaar (20,6%). Toch zien we dat sinds 2013 er ook een verdrievoudiging is van het aantal 50+’ers die gebruik maken van loopbaancheques. in de periode 2013-2015 waren dat er 2.642, in de periode 2017-2019 waren dat er 7.201.

Top 3 loopbaanvragen

De drie meest voorkomende vragen waarmee werknemers naar loopbaancentra gaan, betreffen het bepalen van de job die het best bij je past, het verkennen van de mogelijkheden op de arbeidsmarkt en werkbaar werk. In ongeveer een derde van de gevallen wordt één loopbaanvraag gesteld, in 27% worden er twee loopbaanvragen gesteld. Het zijn vooral vrouwen en kortgeschoolden die vragen stellen over werkbaar werk. De vraag naar leiderschap wordt het minst vaak gesteld, maar die wordt vooral door mannen gesteld. Midden- en hooggeschoolde werknemers stellen vooral vragen over de eigen kwaliteiten, mogelijkheden om te groeien, uitdagingen en zinvol werk.

9 op de 10 gebruikers is tevreden

De tevredenheid over de loopbaancheques is in stijgende lijn. In 2014 gaf 82% van de gebruikers aan positief te zijn over de maatregel, in 2018 is dat gestegen tot 87%. Er zijn ook 4 keer meer positieve reacties na de loopbaanbegeleiding dan negatieve. Ook de tevredenheid over de rol van VDAB (van burgers en loopbaancentra) is met 76% ook heel positief. Er is een heel lichte stijging van het aantal klachten, maar het totaal aantal klachten is heel beperkt ten opzichte van het aantal cheques. Er waren in 2017 en 2018 samen 67 klachten op een totaal van 68.504 cheques.

18 loopbaancentra in een straal van 5 km

Bij de start van de maatregel in 2013 waren er verspreid in Vlaanderen 50 loopbaancentra, vandaag zijn er in totaal 238 centra met ruim 3.100 vestigingen in zowat elke stad en gemeente in Vlaanderen. Dat is maar liefst een verachtvoudiging van het aantal. Een werknemer beschikt op die manier gemiddeld over 18 contactpunten van loopbaancentra in een straal van 5 km. De meeste centra zitten in Antwerpen (139) gevolgd door Oost-Vlaanderen (131). Die centra bieden naast loopbaanbegeleiding in 94% van de gevallen ook andere diensten aan. Dat gaat dan bijvoorbeeld over opleiding en training, HR consultancy en stress- & burn-outcoaching. Dat laatste wordt pas sinds 2019 als aparte categorie opgenomen in het rapport.

Kwaliteit van de loopbaanbegeleiding

In het verleden kwam al eens kritiek omdat loopbaancentra werden erkend waarvan de dienstverlening voor loopbaanbegeleiding twijfelachtig was. In mei 2019 heeft de Vlaamse Regering de wetgeving aangepast en werden de criteria om een erkenning te krijgen als loopbaancentrum verscherpt. Die aanpassing houdt in dat een loopbaancentrum dat een erkenning aanvraagt duidelijk moet kunnen aantonen dat loopbaanbegeleiding past binnen hun activiteiten. VDAB zorgt voor de kwaliteitsbewaking en coaching van de loopbaancentra. Uit dit rapport blijkt dat de loopbaancentra tevreden zijn over VDAB en dat het aantal misbruiken beperkt blijft tot een minimum. In 2019 werd één loopbaancentrum geschorst.

Vlaams minister van Werk Hilde Crevits: “De arbeidsmarkt is in volle beweging. Loopbanen worden langer en gevarieerder. Daarom is het belangrijk dat mensen ook bewust omgaan met de stappen die ze zetten in hun loopbaan. Loopbaancheques zijn daar een heel geschikt middel voor. Het rapport bevestigt ook de keuzes die we gemaakt hebben met de hervorming die we in het najaar van 2019 hebben goedgekeurd. 65% van alle gebruikers is tussen 30 en 50 jaar en mensen maken vooral gebruik van de eerste loopbaancheque.”

Gedelegeerd bestuurder VDAB Wim Adriaens: “Dit rapport geeft vertrouwen in de meerwaarde van loopbaanbegeleiding op zich en de loopbaancheque als overheidsmaatregel om het gebruik ervan te stimuleren. VDAB zorgt daarbij voor de kwaliteitsbewaking en coaching van de loopbaancentra. Uit dit rapport blijkt dat 87% van de gebruikers tevreden zijn over de maatregel en dat ook de loopbaancentra zelf heel tevreden zijn over VDAB.”

Nieuws

160 extra plaatsen en specifieke hulp voor kinderen met een handicap

Vandaag bespreekt de commissie welzijn van het Vlaams Parlement op voorstel van minister Crevits het nieuwe decreet geïntegreerd jeugd- en gezinsbeleid goed. Dat decreet verbindt de preventieve gezinsondersteuning met de integrale jeugdhulp. Die verbinding was al een rode draad in het crisis- en investeringsplan voor de jeugdhulp. Minister Crevits heeft heel wat extra middelen geïnvesteerd om de grote noden te ledigen. Zo werd onder meer de crisishulp uitgebreid en versterkt, werd er stevig geïnvesteerd in OverKophuizen en in het versterken van de thuisbegeleiding bij uithuisplaatsing. Nu zal ook de capaciteit van een aantal VAPH-voorzieningen voor minderjarigen worden versterkt en uitgebreid en voor kinderen met de meest complexe noden. Het gaat om een versterking van 10 miljoen euro.

Vlaanderen legt subquota vast voor specialisatie-opleidingen arts en tandarts in 2027

Vlaamse Regering heeft op voorstel van Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits en Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts de toegang tot de verschillende opleidingen tot specialisaties voor artsen en tandartsen in 2027 vastgelegd. Dat gebeurt rekening houdende met de voorstellen van de Vlaamse Planningscommissie. Het gaat om de toegang voor arts-specialisten en tandarts-specialisten. 

Zelfdoding bij jonge vrouwen blijft belangrijk aandachtspunt

In 2022 waren er in Vlaanderen 1.024 zelfdodingen. Dat is een stijging van 3,7% in vergelijking met 2020. Dat meldt Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits. Sinds 2020 is het aantal suïcides bij vrouwen met 17,8% gestegen. In 2021 was er nog een globale daling ten opzichte van 2020. Maar deze nieuwe cijfers van 2022 tonen aan dat zelfdoding een grote maatschappelijke uitdaging blijft. Daarom zet het actieplan suïcidepreventie in op verschillende nieuwe acties om de doelstelling van 10% minder sterfte door suïcide tegen 2030 te halen.