OverKop-huizen komen voortaan in aanmerking voor VIPA-ondersteuning

Publicatiedatum

Deel dit artikel

OverKophuizen in Vlaanderen en Brussel kunnen in de toekomst rekenen op steun van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden (VIPA). Dat heeft Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits beslist. Op die manier kunnen de OverKophuizen hun werk in een nog kwaliteitsvollere infrastructuur en omgeving doen, op maat van jongeren.

 “OverKophuizen zijn een belangrijke schakel in mijn welzijnsbeleid. Een ontmoetingsplek, een plek waar je je amuseert, maar wat je ook terecht kan om over je zorgen te spreken, en als het nodig ook hulp te vinden. OverKophuizen zijn mooie, laagdrempelige initiatieven die mentaal welzijn bij jongeren bespreekbaar maken. Een goede infrastructuur en aangepaste ruimtes horen daar bij. We zullen de OverKopwerkingen vanaf volgend jaar hun vaste subsidies geven en willen ze nog uitbreiden. De huizen kunnen vanaf dat moment ook VIPA-ondersteuning aanvragen. We keuren dit besluit nu al goed, zodat voorzieningen of lokale besturen die zich voor OverKop engageren nu al rekening kunnen houden met mogelijke VIPA-steun bij de voorbereiding van hun toekomstplan.” – Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits  

Een OverKophuis is een plek waar jongeren tot 25 jaar kunnen ontspannen, nieuwe mensen kunnen leren kennen en ondersteuning kunnen vinden op vlak van mentaal welzijn, opleiding of werk. OverKophuizen kiezen daarbij voor een laagdrempelige en informele werking waarbij jongeren die daar nood aan hebben, gratis en zonder afspraak een luisterend oor kunnen vinden. Hun werking is gestoeld op 3 pijlers: ontmoeting, rust en uitlaatklep.

Belang van infrastructuur

Bij een sterke werking, hoort ook een goed uitgeruste infrastructuur. Idealiter beschikken OverKophuizen over een gebouw met gespreks- en prikkelarme ruimtes die voor rust zorgen, toegankelijke en multifunctionele ruimtes die ontmoetingen stimuleren en ruimtes om te spelen, te gamen, te koken, te musiceren, ...

Bij een bevraging van het VIPA bij de bestaande OverKophuizen en de betrokken lokale besturen werd duidelijk dat de gewenste infrastructuur niet altijd voor handen is. De meeste OverKophuizen zijn gehuisvest in gebouwen die ze ter beschikking krijgen van hun lokaal bestuur of die ze huren van derden. De belangrijkste pijnpunten daarbij zijn de verouderde en onaangepaste staat van de beschikbare ruimtes en de onzekerheid met betrekking tot eigendom en huur van het gebouw.

 

VIPA-ondersteuning

Daarom heeft Vlaams minister Hilde Crevits beslist dat de OverKophuizen in de toekomst ook in aanmerking zullen komen voor VIPA-ondersteuning.

Omdat een OverKophuis geen aparte voorziening is, maar vorm krijgt door de samenwerking tussen lokale partners zal de aanvraag kunnen gebeuren door een van de partners actief in de OverKopwerking. Dat kunnen bijvoorbeeld een CAW zijn vanuit een JAC-werking, een voorziening uit de brede jeugdhulp of een Centrum Geestelijke Gezondheidszorg, maar ook bijvoorbeeld een lokaal bestuur of een andere partner die actief is binnen het beleidsdomein welzijn.

Nieuws

Minister Hilde Crevits vraagt Verenigd Koninkrijk om inspectierapporten van gecontroleerde vaartuigen te delen

Vlaams minister van Zeevisserij Hilde Crevits wil dat de inspectierapporten van de 5 gecontroleerde Belgische vaartuigen in Britse wateren vorige maand gedeeld worden. Ze heeft die vraag gesteld tijdens een gesprek over de Belgisch-Britse visserijrelaties met de Britse Ambassadeur in België Anne Sherriff. De vangst van de vaartuigen werd verzegeld en de boordcomputers werden in beslag genomen.

Eenvoudigere en snellere subsidieprocedure voor werken aan parochiekerken

Vlaams minister voor Binnenland Hilde Crevits vereenvoudigt voor lokale besturen en kerkbesturen de procedure voor de toekenning van subsidies voor renovatiewerken en her- en nevenbestemmingen van parochiekerken. Momenteel duurt de huidige procedure gemiddeld 2 tot 3 jaar vooraleer ze aan de werken mogen beginnen. Die termijn verkort aanzienlijk doordat de werken al vanaf het moment van de subsidieaanvraag kunnen aangevat worden.

Maatschappelijke Oriëntatie en Nederlands Tweede taal steeds belangrijker in inburgeringstraject

Vorig jaar volgden 19.435 mensen de cursus Maatschappelijke Oriëntatie (MO), een essentieel onderdeel van het inburgeringstraject. Ook het aantal cursussen Nederlands Tweede Taal blijft hoog. De cijfers van de jaarverslagen 2024 van AMAL vzw, Atlas Antwerpen en het Agentschap Integratie en Inburgering tonen een groeiende instroom, meer cursussen en hogere slaagcijfers.